Historie

Je speelt een SA-contract. Dus tel je al meteen na de uitkomst de slagen die je achter elkaar kunt maken ‘vaste slagen’ genaamd. Dat zijn er drie: ♠ A, ♥A en ♣A. ♠H en ♥H mag je nog niet meetellen omdat je die niet kunt maken zonder OW eerst een slag te gunnen!
Dus moet je minstens zes slagen ‘organiseren’ om 3SA binnen te halen.

Zowel de klaveren als de ruiten kunnen vier extra slagen opleveren, met één groot verschil:

• Als je op de ruiten afgaat, liggen na ♦A de vier extra ruitenslagen meteen voor het oprapen.
• Ga je op de klaveren af, dan is het risico groot dat je niet meteen vier klaverenslagen kunt winnen na het afgeven van een klaverenslag. Als OW daarna de schoppenaanval vervolgen, is daarmee je laatste schoppenstop van tafel, terwijl je klaveren nog niet rijp zijn voor de pluk. Na de tweede klaverslag van OW, denderen alle resterende schoppen over je heen vóórdat jij je – dan wél vrije –  klaveren kunt maken! Speelwijze b en d vallen af).

Ik speel, na ♠A: ♥A en dan ruiten (a). Als OW na ♦A:

• hun schoppenaanval voortzetten, of overstappen op harten, loop ik binnen op ♠H, ♥H, vier ruitenslagen en ♣A.
• ruiten terugspelen, maak ik vier ruitenslagen en ♣A (dan zit ik al op zeven slagen), ♣B na en rustig afwachten tot OW harten of schoppen spelen voor de twee slagen van ♠H en ♥H. Ze mogen van mij, na ♦A, ook doorgaan met klaveren .

Ook ♥A moet vóór de ruiten, omdat (na ♠A, meteen ruiten, en weer schoppen door OW) dummy wel &spadesH maakt, maar ♥H niet.